Wereld dreigt te splitsen tussen AI-koplopers en achterblijvers
AI staat op het punt om tegen 2033 uit te groeien tot een wereldmarkt van maar liefst 4,8 biljoen dollar – vergelijkbaar met de totale omvang van de Duitse economie. Toch zullen de voordelen van deze technologie vooral bij een selecte groep terechtkomen als er niet snel actie wordt ondernomen. Dat stelt een nieuw rapport van de Verenigde Naties dat afgelopen donderdag werd gepubliceerd.
Het "Technology and Innovation Report 2025" van de VN-conferentie voor Handel en Ontwikkeling (UNCTAD) trekt aan de bel over groeiende ongelijkheid en schetst een routekaart voor landen om het volledige potentieel van AI te benutten.
Machtsconcentratie bij slechts 100 bedrijven
Volgens het rapport staat 40 procent van alle wereldwijde private investeringen in AI-onderzoek en -ontwikkeling op naam van slechts 100 bedrijven, voornamelijk afkomstig uit de Verenigde Staten en China. Deze geconcentreerde macht dreigt kleinere economieën verder buitenspel te zetten.
Daarnaast ontbreken 118 landen – grotendeels uit het mondiale zuiden – volledig bij belangrijke internationale discussies over de regelgeving rondom AI.
UNCTAD-secretaris-generaal Rebeca Grynspan benadrukt daarom het belang van internationale samenwerking: „We moeten onze aandacht verschuiven van technologie naar mensen, en landen in staat stellen gezamenlijk een wereldwijde AI-aanpak te ontwikkelen."
Revolutie op de arbeidsmarkt
Volgens het rapport kan kunstmatige intelligentie invloed hebben op maar liefst 40 procent van alle banen wereldwijd.
Hoewel AI-productiviteit en nieuwe economische sectoren kan stimuleren, groeit ook de zorg over automatisering en het verdwijnen van banen – vooral in landen die concurreren op basis van goedkope arbeidskrachten.
Toch ziet het rapport ook positieve kanten. Zo stelt UNCTAD dat AI niet alleen banen vervangt, maar ook nieuwe industrieën en mogelijkheden kan creëren. De sleutel ligt bij overheden die actief investeren in omscholing en bijscholing van hun arbeidsbevolking.
Voorbereiden op een AI-toekomst
Om te voorkomen dat ontwikkelingslanden achterblijven, benoemt UNCTAD drie belangrijke speerpunten voor toekomstbestendige groei: infrastructuur, data en digitale vaardigheden.
Dit betekent dat overheden moeten investeren in snelle en betrouwbare internetverbindingen, en voldoende rekenkracht om grote hoeveelheden data te verwerken. Ook dienen zij ervoor te zorgen dat AI-systemen getraind worden op eerlijke en gevarieerde datasets.
Daarnaast moeten onderwijsstelsels dringend vernieuwd worden, zodat mensen beschikken over digitale vaardigheden en het probleemoplossend vermogen dat essentieel is in de toekomstige AI-economie.
Internationale samenwerking essentieel
UNCTAD benadrukt dat AI-ontwikkeling niet alleen een nationale aangelegenheid is, maar een wereldwijde inspanning vereist. Daarom stelt het rapport voor om een gezamenlijke internationale voorziening op te richten waar alle landen gelijke toegang hebben tot rekenkracht en AI-technologieën.
Daarnaast beveelt het rapport aan om een publiekelijk raamwerk te creëren voor het openbaar maken van AI-toepassingen, vergelijkbaar met bestaande standaarden voor milieu, sociale en bestuurlijke zaken (ESG).
"Technologische vooruitgang leidt niet automatisch tot een eerlijk verdeelde welvaart en menselijke ontwikkeling,” aldus Grynspan. "Daarom moeten we mensen centraal stellen in de AI-revolutie.”
AI’s $4.8 trillion future: UN warns of widening digital divide without urgent actionArtificial Intelligence (AI) is on course to become a $4.8 trillion global market by 2033 – roughly the size of Germany’s economy – but unless urgent action is taken, its benefits may remain in the hands of a privileged few, a new UN report warns. |